Boekbespreking

DE NIEUWE SPELLINGGIDS VAN DE NEDERLANDSE TAAL
A. NEIJT EN R. REINSMA (RED.)

Jan Uyttendaele, Ringstraat 26, 9200 Dendermonde


Uitgegeven bij Het Spectrum en Van Dale Lexicografie, Utrecht, 1995, 1225 p., 595 BEF.

Deze Nieuwe Spellinggids is een coproduktie van de drie grote woordenboekmerken Van Dale, Wolters en Prisma. Hij bevat zo’n 130.000 woorden (dat is ongeveer 20.000 méér dan het Groene Boekje) in wat de ondertitel noemt: ‘de nieuwe spelling volgens de richtlijnen van de Nederlandse Taalunie, zoals geïnterpreteerd door de Spellingraad van Van Dale Lexicografie’. Dat wil zeggen dat hij de spelling volgt van de Grote Van Dale (inclusief de afwijkingen van het Groene Boekje), die straks ook door alle (vertaal)woordenboeken van de drie grote uitgeverijen zal worden overgenomen.

De wijze waarop deze woordenlijst is samengesteld, verschilt in twee belangrijke opzichten van de officiële Woordenlijst van de Nederlandse taal: in de behandeling van de trefwoorden en in de formulering van de spellingregels. Op de beide verschilpunten gaan we, vergelijkenderwijs, wat dieper in, zonder daarbij volledigheid na te streven. Deze Spellinggids bevat niet alleen meer woorden, maar geeft ook meer grammaticale informatie bij sommige soorten trefwoorden. Alleen bij de genusaanduiding van de zelfstandige naamwoorden beperkt hij zich tot het lidwoord (zonder specificering in mannelijk en vrouwelijk). Bij de werkwoorden echter vermeldt hij niet alleen de hoofdtijden (lopen, liep, gelopen), maar ook de derde persoon van de tegenwoordige tijd (‘loopt’), alle onregelmatige vormen (kunnen, kan, kan/kunt, kan, kon, konden, gekund) en het als adjectief gebruikt voltooid deelwoord waarvan de spelling problemen zou kunnen opleveren (hij besteedde geld’, ‘het bestede geld). Bovendien geeft hij niet alleen betekenisinformatie bij homoniemen, maar ook bij homofonen (woorden die gelijk klinken maar verschillend worden geschreven, bijvoorbeeld reizen en rijzen). En verder bevat hij verschillende soorten verwijzingen: van een onjuist gespeld woord naar de correcte spelling (rekord: niet-erkende vorm van record; kado: niet-erkende vorm van cadeau) en van de onregelmatig vervoegde vorm van een werkwoord naar de infinitief (reed: vervoegde vorm van rijden). Ten slotte vind je in de Spellinggids ook een groot aantal afkortingen met lidwoord, bijvoorbeeld UIA (Universitaire Instelling Antwerpen): de en tso (technisch secundair onderwijs): het, een grotere hoeveelheid geografische namen en een alfabetische bijlage met de vervoegingen van Engelse werkwoorden (afchecken, afkicken enz.).

Totaal anders ingericht dan de systematische ‘Leidraad’ van het Groene Boekje, is het alfabetisch geordende overzicht van de spellingregels, dat aan de eigenlijke woordenlijst voorafgaat. Daarin zijn de oplossingen voor mogelijke spellingproblemen gemakkelijker op te zoeken dan in de ‘Leidraad’, die overigens geen register bevat. Bovendien zijn de regels hier veel handiger gepresenteerd (bijvoorbeeld door middel van vuistregels) en veel leesbaarder geformuleerd. Samenstellers van spellingboekjes voor het secundair onderwijs zullen daar hun voordeel mee kunnen doen, want de spellingregels van het Groene Boekje zijn in veel gevallen voor scholieren volstrekt onverteerbaar.

Samengevat: De Nieuwe Spellinggids van de Nederlandse Taal is een echte spellinghulp voor het grote publiek, die meer trefwoorden bevat, meer informatie geeft en gebruiksvriendelijker is dan het Groene Boekje. Hij is weliswaar minder compact en minder luxueus uitgegeven dan de officiële woordenlijst, maar als we ook rekening houden met de prijs, dan verdient hij zonder enige twijfel de titel van beste koop.


start