'Le trempe de la volonté, l'énergie morale, 
le sérieux de la vie, en un mot, telles sont 
les qualités que la direction éclairée du collège 
s'efforce d'inspirer à ses élèves!'
 

une maison de discipline

En volgens die verlichte redacteur van De Wekker in 1898 was discipline de enig zaligmakende weg daartoe. Toen St.-Jan Berchmans op 19 november 1893 patroon werd gemaakt van de collegejeugd, hamerde directeur Van Genechten in zijn preek op volgende uitspraak van de Hagelandse heilige: 'Plutôt mourir que de violer aucune règle!' De scholieren hadden er een boodschap aan...

Zo zag een dag uit het schoolbestaan van een collegeleerling rond 1900 eruit na Allerzielen: de poort open te 7u.15, 7u.30 mis, 8u. studie, 8u.35 speeltijd, 8u.45 les, 10u.45 speeltijd, 11u. les, 11u.45 middagpauze, 14u. les, 16u. namiddagpauze, 16u.25 studie, 18u.30 einde. Rond einde maart gaf de morgenstond nog vroeger goud in de mond: de poort open te 6u.45, mis te 7u., 7u.30 studie, 8u.25 speeltijd, 8u.35 les, enz. Kortom, de school was gans het jongensleven. De term 'vrije namiddag' was een eufemisme, want het betekende, zeker de eerste jaren, dat er moest worden gewandeld, en ook later eindigde de 'nanoense' vrijheid immer op het uur van de namiddagstudie. 

Op zondag werd er mis en hoogmis gehoord in het college en daartussen was er studie. Hoe oneerlijk was de natuur die een jongen liet geboren worden te Tienen! De leerlingen van 'de buiten' ontglipten immers dit regime. Kerst- en paasvakantie was een luxe, maar tijdens de grote vakantie, begin augustus tot begin oktober, prangde voortdurend de dwang van het vakantiewerk. De uitslag daarvan volgde bij het begin van het schooljaar. Kwestie van opwarming! Een extraatje van een halve dag of wat meer vrijaf was dus telkens een weldaad, waarvoor men Kerk of vaderland mocht dankbaar zijn. Zich loswroeten uit dit keurslijf - what's in a word! - was voor de Tiense bengel de onmogelijke droom, want 'Pa Neyns' zag hem en die lachte niet. 

 

directeur Neyens

Wie het uitgestreken gezicht van de tweede bestuurder van het college op foto's bestudeert, beseft dat lachen deze nuchtere Kempenzoon vreemd was. Zelfs in zijn geboortedorp - Olen is anders een leutig oord! - heeft men nooit een monkellach om zijn lippen bespeurd. En Pa Neyns' dwingende blik was overal: 's morgens, 's middags, 's avonds aan de poort, daartussen op speelplaats, in kapel of studiezaal en op alle plaatsen waar men hem niet verwachtte, zelfs in de stad.

Het disciplinepatroon was weliswaar al uitgetekend door de stichter. Zo had deze op 23 april 1893 het retenuesysteem ingevoerd op donderdagnamiddag van 14u.30 tot 16u.25, waarna aansluitend de gewone studie moest bijgewoond worden. Een vieruurtje was er voor de snoodaards niet bij! Directeur Neyens heeft dat patroon er echter grondig ingeheid én door zijn alomtegenwoordigheid en gestrengheid bij de discipelen én door zijn wekelijkse vergaderingen met de leraars: 

'Dans les réunions de fin de semaine j'appelle 
d'ordinaire l'attention des professeurs sur l'un 
ou l'autre point du règlement, dont j'ai constaté 
la non-observation. On profite de ces réunions 
pour parler de toutes les mesures à prendre dans 
le but d'assurer l'ordre et la discipline.'

Wat er zoal ter tafel kwam? Het blijkt dat schooltucht een eeuwig onveranderlijke is, als men Neyens' kattebelletjes over deze conferenties leest:

'A la cour il est bon de circuler. Les élèves doivent toujours être en mouvement. 
Jeux de mains, jeux de vilains. 
On siffle parfois: ne pas le permettre! 
Il faut exiger que tout le monde soit à sa place. 
En promenade aussi chacun doit avoir son compagnon,
pas d'autre.
 
(De aanmaning 'Pas sur les trottoirs' situere men best in het autoloze tijdperk.) 
Est-ce qu'en classe nous sommes assez sévères 
pour le silence? 
Le professeur sera craint (non pas d'une crainte 
servile, mais d'une crainte digne et salutaire) 
et respecté, celui qui sait unir la douceur et la fermeté. 
Mains sur les bancs! 
Pas de familiarité avec les élèves. 
Les élèves de la Préparatoire entrent les bras croisés. 
Je me demande si on ne met pas trop souvent 
les élèves a la porte. 
Soyez d'égale humeur! 
Défense de claquer des doigts en classe et à l'étude. 
N'avoir jamais recours aux arguments frappants. 
On ne peut jamais laisser un enfant seul. 
Examinons si tous les élèves connaissent leurs prières 
habituelles, le Veni Sancte Spiritus, le Sub tuum praesidium, 
le Notre Père, et le Je vous salue. 
Ne parlez pas trop fort en classe. 
Ne parlez pas trop,'
et alia tanta...

Pittoresk - laten wij het bij dat adjectief houden! - doen volgende raadgevingen aan:

'Il est bon de nous montrer souvent à la rue 
pour que les parents voient que nous nous 
occupons de nos élèves.'
 
'Vinkenbosch, Rosseeuw. Si ces parents sont 
contents de leur fils, vous comprenez vous-mêmes 
combien Ie collège peut y gagner.' 
'Occupons-nous sérieusement des élèves de la 
section professionnelle: ces élèves sans doute ne 
sont pas toujours des plus intelligents, ni des plus 
disciplinés. D'ailleurs ils paient comme les autres, 
et peuvent faire honneur a un collège comme les autres.'
 

Uitentreuren deed de 'bestierder' sikkeneurig over de verplichting tot Frans spreken. 

Nous devons gémir, a la pensée du français, 
de la négligence de nos élèves à l'endroit du 
'parler le français' 

is maar één van de vele uitlatingen waarmee hij zich aan de klaagmuur zette en waaruit blijkt dat de moedertaal van de Tiense jeugd Vlaams, alias 'Teins', was en bleef. 

Geven wij Neyens ten slotte echter ook waar hij recht op heeft! Het negatieve aspect van zijn opmerkingen vlakte hij uit met positieve raadgevingen, waaruit intense pedagogische en morele bekommernis om de hem toevertrouwde jeugd blijken. Waar mogelijk trachtte hij richtlijnen en denkstof aan te reiken vanuit zijn eigen lectuur van handboeken, tijdschriften en opvoedkundige werken. Mgr. Dupanloup was daarbij zijn lichtend voorbeeld. De collegestudent had uitsluitend ja en amen te antwoorden op wat 'l'autorité du directeur'' hem oplegde. Mondigheid werd alleen geapprecieerd op het podium van de studiezaal en op dat van de Patria en in het selecte clubje van de ''Académie'. Officieel mocht het directorale absolutisme slechts doorbroken worden door de prefect van de Mariacongregatie en ook door de primus van de retorica. Dat voorrecht werd traditioneel uitgebuit om een halve dag vrijaf af te snoepen ter gelegenheid van het feest van de directeur. Men begrijpt tegen die achtergrond dat er naar werd uitgekeken. Het programma omvatte zonder veel variatie het 'compliment' door de bevoorrechte leerling, 'petites pièces', 'chants' en 'réponse du directeur'.

Ondanks de gestrengheid van het regime lieten lang niet alle leerlingen zich muilkorven. Dat bewijst het feit dat Neyens regelmatig zijn leraars een gedragscode tegen té mondige knapen bijbracht. Tuchtvoorvalletjes zijn echter van alle generaties, in alle scholen. Uit de geschreven bronnen - de mondelinge getuigen zijn helaas niet meer onder ons - lekt slechts één keer - en dan nog vaag - een ernstiger incident uit. Het moet zich hebben afgespeeld tijdens de plechtige proclamatie van 1903 of naar het einde van schooljaar 1903-1904 toe. Op 31 juli 1904 organiseerde Neyens immers voor de eerste maal een oud-leerlingendag. Hij verzocht vrijwilligers onder hen speciaal 
'de vouloir être commissaires a la salle de la distribution des prix'

En het verslag van de prijsuitdeling van 1 augustus vermeldt kort en bondig: 
'La salle s'est bien comportée, grace aux commissaires.'
 
Misschien kwamen de wanklanken uit de hoek van de vlaamsgezinde jeugd, die haar rechten opeiste.

 

65 leerlingen weggestuurd van school

De directie beschikte over een vlijmscherp wapen ter beteugeling van inbreuken op de door haar gevestigde orde: het consilium (abeundi) of het wegsturen van school. Tussen 1891-1892 en 1900-1901 werd dit oordeel, zonder ook maar één jaar onderbreking, 65 maal geveld, met een gewoon aantal van 2 tot 3 per jaar, maar ook tweemaal 7 en één keer 6. In de 'section professionnelle' werden er 27 door dit verdict getroffen, in de 'huma-nités' 16, in de 'section préparatoire' 22. Vooral in de beroepsafdeling werd met de grove borstel geveegd: 5 (tegelijk) in 1893-1894, 4 in 1905-1906, 4 in 1908-1909. Onze bron stipt jammer genoeg nooit een nauwgezet motief aan en vermeldt enkel: 
consilium, quasi-consilium, exclu
 
of hoogst zelden: 
pour manque de capacité

Tucht wordt nooit expliciet als reden aangehaald, doch kan gewoon niet weggedacht worden. In de familie van Neyens leven nog steeds verhalen over de wegzending van belhamels-met-stamboom. Enkele sporen vonden wij daarvan terug. Op 10 juli 1902 ontvingen Albert en Jean de Marneffe een quasi-consilium en Louis de Marneffe verliet de school enkele dagen later.

© kvr